Nieuws

Veroordeelde fatale pedojacht overweegt hoger beroep

Herdenking met lichtjes voor doodgeslagen Arnhemmer.
Herdenking met lichtjes voor doodgeslagen Arnhemmer. © ANP
ARNHEM - De meerderjarige veroordeelde uit Rozendaal, in de pedojachtzaak rondom de 73-jarige Jan die na mishandeling overleed, overweegt in hoger beroep te gaan. Dat laat zijn advocaat Anneke Foppen weten. Net als zijn minderjarige broertje kreeg hij een jaar gevangenisstraf, waarvan zes maanden voorwaardelijk opgelegd.
Drie minderjarige daders kregen de maximale taakstraf binnen het jeugdstrafrecht van 200 uur opgelegd en ook zes maanden voorwaardelijke celstraf.
De straf voor haar cliënt is lager dan geëist, ziet Foppen. "De rechter verklaart het bewezen dat er sprake is van zware lichamelijke mishandeling met de dood tot gevolg. Daar zit de crux in dit verhaal", verduidelijkt ze. Ze wil de schriftelijke onderbouwing nog bestuderen en bekijken of ze er gaten in kan schieten. "We beraden ons op dit moment op een hoger beroep", stelt de advocaat.

Meerderjarige veroordeeld via jeugdstrafrecht

Ondanks dat haar cliënt toen hij het misdrijf beging 18 jaar was, veroordeelt de rechter hem toch via het jeugdstrafrecht. Hoewel uit psychologisch onderzoek blijkt dat hij naar zijn leeftijd functioneert, volgt de rechter daarin het advies van de reclassering. Die stelt dat hij wel beperkingen heeft in het organiseren van zijn eigen handelen, impulsief is en beïnvloedbaar door leeftijdsgenoten. Ook weegt de rechtbank mee dat alle andere daders minderjarig zijn en hij nog een thuiswonende scholier is.
De rechter vindt het voor verschillende verdachten bewezen dat ze Jan hebben geschopt, geslagen en zijn bril kapot trapten. Ook richting zijn hoofd, toen hij al op de grond lag.
Dat de verdachten uit waren op de dood van Jan, is volgens de rechtbank niet vast te stellen. "Wel hebben ze het risico aanvaard dat ze het slachtoffer zwaar lichamelijk letsel zouden aandoen."

'Bloeding onder hersenvliezen'

Jan overleed aan een scheur in een al langer bestaande bloedvatverwijding, stelt de rechter. "Die veroorzaakte een massale bloeding onder de hersenvliezen." Bewezen is volgens de rechter dat die scheur ontstaan is door het geweld dat de jongens toepasten.
Een van de veroordeelden was bovendien betrokken bij drie andere pedojachtzaken, weet de rechter. "Op de Rietgrachtstraat op 6 oktober 2020. Op 12 oktober in het Sonsbeekpark en later die dag op de Rijnkade." Bij dat laatste incident heeft het slachtoffer letsel opgelopen. Deze dader is verminderd toerekeningsvatbaar, net als twee van de andere jongens. "Behandeling in een forensische polikliniek is nodig."
Op 20 juli 2020 maakte een andere veroordeelde zich bovendien schuldig aan een poging tot afpersing in Arnhem. "Hij wilde dat een jongen een jas aan hem gaf en bedreigde hem daarna met een mes." Een derde veroordeelde heeft zich verder nog schuldig gemaakt aan mishandeling door het geven van een kopstoot op 20 september vorig jaar.

'Harde werkelijkheid'

Al met al heeft de rechtbank 'moeilijke beslissingen' moeten nemen. "Er zijn onvoorwaardelijke celstraffen geëist, omdat pedojagen onaanvaardbaar en levensgevaarlijk is. Ze zagen dat Jan een man op leeftijd was, maar hebben niet afgezien van het gebruik van geweld. Ze konden de afloop niet overzien, maar de harde werkelijkheid is dat er iemand is overleden door hun geweld. Dat zijn onomkeerbare gevolgen voor het slachtoffer en zijn nabestaanden."
Bovendien veroorzaakt het angst bij ooggetuigen en een ernstige inbreuk op de rechtsorde, ziet de rechter. "Het brengt gevoelens van onrust en onveiligheid in de samenleving."

'Celstraf zal geen goed doen'

Aan de andere kant is er het advies van de Raad voor de Kinderbescherming dat een gevangenisstraf deze jongens en daarmee de samenleving 'geen goed zal doen'. "Daar komt bij dat in het jeugdstrafrecht in beginsel het belang van de jeugdige verdachte voorop staat."
De twee broers uit Rozendaal kregen toch een jaar celstraf opgelegd. "De rechtbank vindt dat de ernst van het feit en hun rol daarbij zwaarder moet wegen dan persoonlijke omstandigheden", legt de rechter uit.

'Zorgen om gewetensontwikkeling'

De jongste van hen is weliswaar volledig toerekeningsvatbaar, maar de rechter maakt zich zorgen om zijn 'gewetensontwikkeling', waar hij behandeling voor nodig heeft. "Het risico op herhaling van een geweldsfeit is matig tot hoog."
De advocaat van de oudste broer laat nog weten dat het hele gebeuren 'een enorme impact heeft op zulke jonge verdachten en hun ouders'.

Zie ook: