Nieuws

Voetbalfans mogen na vijf maanden weer stadion in

Nu nog leeg: het Goffertstadion in Nijmegen.
Nu nog leeg: het Goffertstadion in Nijmegen. © Omroep Gelderland
NIJMEGEN - Voor het eerst in bijna vijf maanden wordt vandaag weer een wedstrijd met publiek gespeeld: het Gelderse onderonsje tussen NEC en De Graafschap in Nijmegen. Het gaat om een proef waarbij wordt gekeken naar de risico's van publiek bij een wedstrijd.
Maximaal 1500 supporters mogen het stadion in. Uiteindelijk meldden zich rond de 1200 fans aan, alleen van de thuisspelende club NEC. Afgelopen vrijdag kregen die een coronatest. Deze moet negatief zijn om op de wedstrijddag het stadion in te mogen. Vlak voor het duel is er nog een sneltest. Vijf dagen na de wedstrijd is er opnieuw een test.
Bekijk de beelden. De tekst gaat daaronder verder.
NEC-supporters laten zich testen voor stadionbezoek

'Een feest'

En dat allemaal voor het onderzoek naar publiek bij evenementen zoals voetbalwedstrijden. "De voornaamste doelstelling is", zegt Tim Boersma van Fieldlab Evenementen, "hoe kunnen we terugkeren op termijn naar veilige en verantwoorde evenementen met een verhoogde bezoekerscapaciteit."
Tekst gaat verder onder de foto.
NEC-directeur Wilco van Schaik.
NEC-directeur Wilco van Schaik. © Omroep Gelderland
Naast de fans die weer snakken naar een wedstrijd, is ook de voetbalclub blij dat er weer met publiek gespeeld wordt. "Het is een feest der herkenning", zegt Wilco van Schaik, algemeen directeur van NEC.
"De mensen komen met een glimlach binnenlopen en ik denk dat dat ook zo zondag zal zijn. De mensen hebben het echt gemist en wij hebben de mensen gemist. Af en toe heb ik kippenvel", gaat hij verder.

Goedgekeurd door de Tweede Kamer

De wedstrijd NEC - De Graafschap is onderdeel van acht proeven die worden uitgevoerd. Zo wordt er ook nog getest bij een voorstelling van cabaretier Guido Weijers, een voetbalwedstrijd van Almere City en evenementen in de Ziggo Dome.
De test is mede op initiatief van de overheid en goedgekeurd door de Tweede Kamer. Er wordt onder meer aan meegewerkt door het NIjmeegse Radboudumc.