Nieuws

Corona is veel meer dan een virus

De Toyota Corona van Piet Machiela uit Twello. Eigen foto
We houden de adem in. Gaat het gevreesde coronavirus ook in West-Europa slachtoffers maken? Nieuwsberichten volgen elkaar in snel tempo op. In Gelderland speurde de redactie naar 'andere verhalen' rond de naam. En ja, er bestaat inderdaad bier dat Corona heet. Maar wat dacht u van een auto, een nachtclub en een straat waar een politiebureau zit?
TWELLO - We houden de adem in. Gaat het gevreesde coronavirus ook in West-Europa slachtoffers maken? Nieuwsberichten volgen elkaar in snel tempo op. In Gelderland speurde de redactie naar 'andere verhalen' rond de naam. En ja, er bestaat inderdaad bier dat Corona heet. Maar wat dacht u van een auto, een nachtclub en een straat waar een politiebureau zit?
'Heeft die van jou een virus?' De leden van de Toyota-fanclub maken er onderling grapjes over. Tussen 1957 en 2001 bouwde en verkocht de Japanse autofabrikant Toyota de Corona. Piet Machiela uit Twello heeft er een uit 1965. 'Die Corona van mij is de oudste van Nederland.'
Machiela (83) woonde in 1965 in het Friese Kollum toen hij zijn eerste Toyota Corona kocht. Hij werd rond die tijd vader van een dochter. 'Ik stapte van Opel over op Toyota', herinnert hij zich. 'Toen mijn vrouw moest bevallen, heb ik haar in mijn Kadett naar het ziekenhuis in Leeuwarden gebracht. En ik haalde haar en mijn dochter op in de Corona.'

'Hij heeft maar 130.000 kilometer op de teller'

Sindsdien heeft Machiela, op een uitstapje naar Volvo na, altijd in een Toyota gereden. En de oud-adjunct-directeur van een zorginstelling is apetrots op de Corona in zijn garage. Ook die is uit 1965, maar dat berust op toeval, lacht hij. 'Ik heb de Corona die ik nu heb, gekocht in 1995. Puur voor de hobby, toertochtjes en zo. De auto heeft ook maar 130.000 kilometer op de teller.'
Tekst gaat verder onder de foto.
Het politiebureau in Culemborg grenst aan de Coronastraat.
We houden de adem in. Gaat het gevreesde coronavirus ook in West-Europa slachtoffers maken? Nieuwsberichten volgen elkaar in snel tempo op. In Gelderland speurde de redactie naar 'andere verhalen' rond de naam. En ja, er bestaat inderdaad bier dat Corona heet. Maar wat dacht u van een auto, een nachtclub en een straat waar een politiebureau zit? © Omroep Gelderland
Gelderland telt één Coronastraat. Dit is een kleine straat met zeven huizen in Culemborg. De bewoners kijken uit op de zijgevel van het politiebureau van de Lekstad, dat officieel is gevestigd aan de Triosingel. Een wijkagent verwijst, wanneer hij de vraag krijgt iets te zeggen, naar het team communicatie van de politie Gelderland. Een woordvoerder zucht aan de andere kant van de lijn. 'Iemand spreken over Corona? Het is behoorlijk druk bij ons. Ik weet niet of dat gaat lukken, hoor.'
In Nijmegen bestiert Antoinet in de Paul Krugerstraat een bloemenzaak met de naam Corona. 'Tja, de klanten hebben het er wel over, over de naam van de zaak', zegt de vrouw nuchter. 'Het is wel apart.' 
Ze schiet in de lach als haar gevraagd wordt of ze bloemen importeert uit Azië. 'Hahaha, nee. De bloemen die ik verkoop komen rechtstreeks van de bloemenveiling hier.'

Nachtclub in Nijmegen

Haar zaak is niet de enige in Nijmegen met de naam Corona. In de Tweede Walstraat bevindt zich een grillroom met die naam. Nijmegenaren op leeftijd herinneren zich Corona vooral als nachtclub, ooit op diezelfde plek als de grillroom gevestigd.
Tekst gaat verder onder de foto.
De afbeelding Broodje Corona op een oud suikerzakje.
We houden de adem in. Gaat het gevreesde coronavirus ook in West-Europa slachtoffers maken? Nieuwsberichten volgen elkaar in snel tempo op. In Gelderland speurde de redactie naar 'andere verhalen' rond de naam. En ja, er bestaat inderdaad bier dat Corona heet. Maar wat dacht u van een auto, een nachtclub en een straat waar een politiebureau zit? © Zwingelspaan.nl
Over die nachtclub schrijft Frederik Boll op de geschiedenispagina over Nijmegen, Noviomagus.nl: 'Zonder stropdas mocht je daar niet naar binnen. Wij, arme studenten destijds (jaren 1963 - 1966) verkochten toen stiekem (vanwege de portier!) bij de ingang oude stropdassen. Met een paar verdiende guldens waren we de koning te rijk en konden dan zelf ook naar binnen, waar we dan tot het sluitingsuur bleven hangen. Andere kroegen gingen al tegen één uur of vroeger dicht. Een rondje geven aan de aanwezige dames liep wel in de papieren. Dus dat deden we maar niet.'