Vakantieparken op de Veluwe: te veel en te shabby

De kwaliteit van de vakantieparken holt achteruit, wat uitstraalt naar de andere parken en naar de Veluwe. Bovendien zijn er te veel van.

Dat staat in het rapport 'Quickscan Vrijetijdseconomie', dat is opgesteld naar aanleiding van gesprekken met dertien vertegenwoordigers van gezaghebbende toeristische organisaties. Het is te vinden op de site van de provincie (pdf).

Vernieuwing is hard nodig, omdat de consument tegenwoordig anders op vakantie gaat. Niet meer een dagje uit met de koelbox. De klant wil gemak, totaalbeleving en comfort. Bungalowparken moeten de concurrentie aan met koopzondagen en goedkope vliegtickets.

De accommodaties moeen van hoge kwaliteit zijn. En vernieuwend. Alleen een kleine groep ondernemers lukt het om blijvend te innoveren. Een groot deel van de sector, vooral de kleine familiebedrijven, slaagt daar niet in. De banken werken niet mee. En na de crisis is de rek eruit.

In zo'n geval glijdt het park steeds meer af. De waarde daalt dan uiteindelijk zo, dat het voor een bodembedrag verkocht moet worden. Die neerwaartse spiraal zal zich nog jaren voordoen. Soms komen er dan buitenlandse (Russische) investeerders op af. Dan dreigt het gevaar van witwasconstructies.

Ander probleem bij vernieuwing is de stroperigheid van vergunningaanvragen. Volgens de recreatieclub Recron duren procedures extreem lang; dat kan tot acht jaar oplopen. Bovendien levert dit de ondernemer heel veel papierwerk op.

Voor Nederlanders is Gelderland één van de populairste bestemmingen met bijna 15 miljoen overnachtingen op jaarbasis. Dan geven mensen bijna 436 miljoen uit. Vanuit Duitsland komen per jaar 4,5 miljoen mensen op dagtocht naar onze provincie (cijfers van 2010). 

Het rapport signaleert dat er nog wel groeimogelijkheden zijn. Die zit vooral in de markt voor senioren, hulpbehoevenden en buitenlanders. Ook zijn er kansen bij meerdaagse grote evenementen; die vormen een goed alternatief voor een weekendje Rome.