Nieuws

Dode dieren in huis en in museum Arnhem

EDE/ARNHEM - Dode dieren zijn hip! In Museum Arnhem is sinds zaterdag de tentoonstelling Beauty of the Beast te zien.
Ook preparateur Leendert Houweling heeft het druk. Die zet dode dieren op en verwerkt de vellen en geweien. In zijn vriezers ligt nog voor maanden werk.
Houweling: 'Ook vandaag op zaterdag ben ik aan het werk en komen er klanten. Vandaag komen er mensen een vossenstaart en een vel ophalen, ik krijg nog klanten voor een spreeuw en een duif. Dan nog een ijsvogel. Ook heb ik nog wat vossen liggen om te villen'. Woonbladen, magazines en tv-programma's laten in moderne interieurs zien dat opgezette dieren in de mode zijn.

Kunst en vogelveren

In de tentoonstelling Beauty of the Beast die tot 10 mei duurt, toont Museum Arnhem het werk van meer dan 15 internationale ontwerpers en kunstenaars, die dode dieren of delen daarvan verwerken tot sieraden en beeldende kunst. Zo zijn er draagbare sieraden en modeaccessoires, zoals halssieraden, broches, tassen, hoeden, haarsieraden en schoenen te zien. Daarnaast is er van enkele kunstenaars ook ander werk te zien, waaronder van kunstenaarsduo Idiots, Afke Golsteijn en Floris Bakker. Zij combineren opgezette dieren met materialen als edelstenen, borduurwerk en smeedijzer.
In de koepelzaal van het museum is het werk Gyre van de Britse kunstenares Kate MccGwire te zien. Dit meterslange werk bestaat uit duizenden kraaienveren, en is net als vele andere stukken in de tentoonstelling nog niet eerder te zien geweest in Nederland.
De Arnhemse ontwerper Lenneke Wispelwey is verantwoordelijk voor de tentoonstellingsvormgeving. Zij is bekend om haar keramiek in pastelkleuren met sterke geometrische vormen.