Mansveld: geen Noordtak Betuweroute

Dat zei staatssecretaris Mansveld, verantwoordelijk voor het spoor, maandag in de Tweede Kamer in reactie op een onderzoek van het Havenbedrijf Rotterdam en de provincies Gelderland en Overijssel naar de haalbaarheid van die Noordtak.

De provincies zien de Noordtak als een oplossing voor de verwachte problemen als het bestaande spoor meer goederentreinen moet opvangen. Het Havenbedrijf is bang dat het er onvoldoende capaciteit is op het spoor in het oosten van het land.

Wachten op de uitkomst van dat onderzoek leidt enkel tot vertraging, aldus Mansveld, die verder vindt dat er geen weg terug is in het proces voor meer goederenvervoer op bestaand spoor in het oosten van het land.

Mansveld neemt in juni een besluit over welk tracé tussen Arnhem en Enschede wordt gevolgd.

De Noordtak maakte aanvankelijk deel uit van de plannen voor de Betuweroute maar werd in 1999 als 'te duur' geschrapt. De kosten zouden volgens berekeningen van toen tegen de 5 miljard euro bedragen. In 2012 werd de optie opnieuw bekeken, maar weer als onhaalbaar afgewezen. 

Mansveld vindt dat ze nu zo ver op weg is met de nieuwe plannen, dat wachten op de uitkomsten van een onderzoek naar een te dure variant het proces nodeloos vertraagt. Het staat de provincies en het Havenbedrijf uiteraard vrij het onderzoek te doen, aldus de staatssecretaris.

De nieuwe plannen voor het laten rijden van meer goederentreinen op het bestaande spoor, leidden al snel tot veel kritiek van onder meer de aanwonenden en de provincies. Die vrezen voor extra geluid- en trillingoverlast en meer onveiligheid op en langs het spoor.