Vogelgriep bij kippenbedrijf Lochem

De bijna 85.000 legkippen worden gedood. Het bedrijf heeft drie stallen met buitenloop.

Het gaat waarschijnlijk om de milde H7-variant, meldt het ministerie van Economische Zaken. Omdat die zich kan ontwikkelen tot een zeer besmettelijke en voor kippen dodelijke variant, moet het bedrijf worden geruimd.

Het virus is gevonden in monsters die door de dierenarts waren ingezonden omdat in een van de stallen kippen minder aten en minder eieren legden, schrijft staatssecretaris Sharon Dijksma aan de Tweede Kamer. Ook gingen er meer kippen dood dan anders.

In een zone van ruim 1 kilometer rond het bedrijf mogen geen pluimvee, eieren, mest en sperma voor de bevruchting van vogels worden vervoerd. In dit gebied zijn drie andere pluimveehouderijen, waar komende dagen zal worden gecontroleerd op vogelgriep. Alle pluimvee daar moet de komende dagen binnenblijven.

Trekvogels, vooral wilde eenden, dragen milde varianten van het virus bij zich zonder daar zelf ziek van te worden. Vogels kunnen het virus aan elkaar doorgeven via ademhaling, oogvocht en mest. Kippen en kalkoenen zijn het meest gevoelig voor besmetting. Ook mensen en handelstransporten kunnen het virus verspreiden. Reizigers kunnen dat bijvoorbeeld al doen via een restje vogelpoep onder hun schoenen.

Gert Jan Oplaat van de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders zegt dat hij Wakker Dier medeverantwoordelijk houdt voor de dood van de 85.000 kippen in Lochem. Die organisatie ziet graag dat kippen buiten lopen, maar volgens Oplaat is het veel veiliger om ze binnen te houden. 'Het is een eeuwige discussie, maar dat is het beste. Kippen horen onder een dak. We zijn nieuwe systemen aan het ontwikkelen waarbij kippen wel buiten kunnen lopen, maar dan onder een afdakje. Er valt dan geen poep op de kip.'

Ook is het volgens Oplaat een idee om kippen van half februari tot begin mei helemaal binnen te houden. 'In die periode, heeft het ministerie vastgesteld, is de kans op besmetting 11 keer zo groot.' 

Het 'positieve' aan de besmetting in Lochem is volgens Oplaat dat het monitoringssysteem blijkt te werken. 'Het gebeurt enkele keren per jaar dat een laagpathogeen virus wordt aangetroffen.' Door dan maatregelen te nemen, wordt groter leed voorkomen.

Oplaat is bang dat Rusland de grenzen dichtgooit voor alle pluimveeproducten uit heel Gelderland. Dat zou de sector miljoenen kosten.

In 2003 werd de Nederlandse pluimveesector getroffen door de vogelgriep (H7N7). Op 1349 pluimveehouderijen werden kippen, kalkoenen en eenden gedood. In totaal zijn 30,7 miljoen landbouw- en hobbydieren geruimd. 19 mensen die bij het doden van de zieke dieren waren betrokken, raakten besmet met het virus. Een dierenarts uit Rosmalen is hieraan overleden. Ook in de jaren daarna dook het virus met enige regelmaat op, maar kon de besmetting telkens beperkt worden tot hooguit enkele bedrijven.