Provincie Gelderland woest op kabinet - 'Er moet meer geld komen voor betere spoorlijnen'

Op Prinsjesdag werd bekend dat er geen extra geld komt voor het verbeteren van het regionale spoor in Gelderland. Maar dat geld is juist broodnodig, vindt Gelders gedeputeerde Conny Bieze. Zo rijden op vier van de vijf lijnen nog dieseltreinen en ook is er nog steeds geen kwartierdienst.

Daar wil de staatssecretaris niet in investeren, blijkt nu. En dat terwijl in Gelderland duizenden scholieren, studenten en forenzen dagelijks gebruik maken van die lijnen. Onbegrijpelijk, vindt Bieze. 'Als deze plannen doorgaan is de kans op een schoner, sneller en beter openbaar vervoer een gepasseerd station.'

Bij de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) willen de studenten niets liever dan geld voor het spoor. 'De treinen zijn nu vaak overvol en hebben regelmatig vertraging', zegt een groepje dat vanuit de Achterhoek naar Arnhem reist. 'Het is schandalig dat het kabinet hier geen geld voor uittrekt', zegt bestuurslid Frank Stöteler van de HAN. 'Alsof wij de periferie zijn, terwijl hier tienduizenden jongeren studeren. Ze komen vaak te laat door de problemen met de treinen. De wagons zitten zo vol dat het al is voorgekomen dat ze flauwvallen door de drukte.'

Reizigers zullen niet meteen merken dat het kabinet minder geld wil uitgeven aan de regionale spoorlijnen. Het gaat om geld dat pas over tien tot vijftien jaar zou worden uitgegeven. De komende tijd wordt zelfs veel geïnvesteerd in de lijn tussen Arnhem en Doetinchem.

De provincie steekt 34,5 miljoen euro in de verbetering van het spoor tussen Zevenaar en Didam. Daarvoor is ook een bijdrage uit Den Haag gekomen van 9,1 miljoen euro. Voor het stuk tussen Doetinchem en Winterswijk is geen geld.

De brief aan de staatssecretaris is mede ondertekend door de provincie Overijssel, de gemeenten Arnhem en Nijmegen en de regionale vervoerders. Volgens de provincie Gelderland staan ook veel bestuurders uit de Achterhoek en de Gelderse Vallei achter de brief. Er is veel verontwaardiging, zegt Bieze, omdat te weinig wordt geluisterd naar de regio's.